In mijn tijd als actief wetenschapper heb ik mij veel bezig gehouden met economische analyses van recht. Ik promoveerde op die Rechtseconomie (Law-and-economics). Economische analyses geven een ander perspectief op recht en rechtspleging.
Het onderwerp Intellectuele Eigendom haalde ik destijds “naar voren”. Uit mijn proefschrift (1997) naar een apart deeltje Rechtseconomische Verkenningen Deel 1 – De Toenemende Complexiteit van het Intellectuele Eigendomsrecht (1991). De tekst uit dat boekje is hieronder opgenomen en zo toegankelijk gemaakt.
Deze economische analyse heeft mij persoonlijk, als wetenschapper, in Nederland weinig goeds gebracht. De argumentaties werden inhoudlijk bepaald slecht ontvangen door velen die hun geld met IE verdienden en verdienen. Ik werd op een nationaal symposium door een hoogleraar IE uitgemaakt voor “die gek uit Rotterdam”. Ere die ere toekomt.
In 2002 schreef ik, samen met cultuureconoom Ruth Towse (ook EUR) het omvangrijke Economics of Intellectual Property, uitgegeven bij Edward Elgar. Ons voorwoord en de inhoudsopgave zijn hier eveneens opgenomen.
Naar mijn mening is IE gaandeweg Averechts Recht geworden. De functies die het ooit had zijn verzwakt of verdwenen. Zoals in wel meer domeinen van regelgeving spelen belangengroepen een vertekenende invloed. In Nederland is daar weinig oog voor. Public Choice thematiseert dat onderwerp.
Rechtseconomische Verkenningen Deel 1, Gouda Quint 1991
De toenemende complexiteit van het intellectuele eigendomsrecht
