Alea jacta est, ja de eerste steen van ons nieuwe boek over de onmogelijkheid van intellectuele eigendomsrechten is gelegd. Lees er hier meer over.
Een belangrijk vraagstuk wordt dan natuurlijk wel: hoe gaan echte makers verdienen als er geen intellectueel eigendomsrecht meer is (dat deden ze toch al niet, maar hoe kunnen we er voor zorgen dat ze nu wel aan een inkomen komen?).
Door de jaren heen hebben Rudi Holzhauer en ik daar het nodige voor copyright en patenten over bedacht. Dat gaat ongetwijfeld een rode draad door ons boek worden.
Ingewikkelder wordt voor ons het bespreken van een redelijk onontgonnen terrein. Dat is, moeten intellectuele eigendomsrechten juist wel of juist niet een rol spelen in het beteugelen van Artificial Intelligence? Hoe men het wendt of keert, AI schoffelt hele bedrijfstakken onderste boven. Wat voor soort ondernemingen gaan het loodje leggen als er gebeurt wat wij mogelijk gaan voorstellen – het opgeven van het systeem van copyrights en patenten -, en terecht?
En zo nog enkele cruciale vragen. Bijvoorbeeld, hoe krijgen we dit voor elkaar? Wat voor kansen geeft het aan andersoortige ondernemingen? We moeten zeker ook aandacht geven aan het nieuwe (?) complexe terrein van AI en intellectuele eigendomsrechten.
Als we zien dat het intellectuele eigendomsrecht z’n langste tijd gehad heeft en moet hebben, dan moeten we volop aandacht geven aan het tweede element van het bestrijden van monopolievorming: het mededingingsrecht.